
Schoolweging
De schoolweging van De Octopus Diemen is 30,18 , met een spreiding van 7,96 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.
Fundamenteel niveau
Met 92,23% scoort de school ruim boven de inspectienorm van 85% voor fundamenteel niveau. Dit is echter iets lager dan het landelijk vergelijkingsgemiddelde (95,71%), wat gezien de hoge schoolweging opvallend is.
Grafiek
Grafiek laden...
Streefniveau
De school behaalt 38,83% streefniveau, ruim onder de signaleringswaarde van 45,5% en lager dan het vergelijkingsgemiddelde (57,3%). Dit komt mogelijk door de complexe leerlingenpopulatie (schoolweging 30,18)
Grafiek
Grafiek laden...
Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?
De adviezen tonen een tweesplitting: 12,12% praktijkonderwijs (vs. 1,01% regio) naast 15,15% havo- en vwo-adviezen. De focus op maatwerk blijkt uit het hoge percentage combinatieadviezen zoals vmbo-(g)t/havo (9,09%). Dit reflecteert de brede differentiatie bij een spreiding van 7,96 in schoolweging.
Grafiek
Grafiek laden...
Eindtoets Resultaten
Grafiek
Grafiek laden...
Toetsscores 2023-2024
Toets | De Octopus Diemen | Gemeente Amsterdam | Nederland |
---|---|---|---|
LIB | 174.76 | 173.88 | 175.23 |
Groep 8 Toetsen 2023-2024
Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?
Twee keer per jaar worden er landelijk genormeerde toetsen afgenomen. Dit zijn de toetsen van het leerlingvolgsysteem. Dat is belangrijk voor uw kind, want zo kan gekeken worden hoe de ontwikkeling van uw kind is t.o.v. andere kinderen in Nederland. Ook wordt dan vastgesteld of de aanpak, die de leerkracht heeft bepaald in het groepsplan, nog wel werkt of moet worden bijgesteld. Voor de school zijn de opbrengsten ook belangrijk. Wij kijken na elke toetsronde naar de gemiddelden per jaargroep. Dat zegt iets over ons onderwijs. In het team praten wij dan over welke onderdelen heel goed gaan. Onze best practices (de succesvolle werkwijzen) worden met elkaar gedeeld. Maar ook zijn wij heel kritisch over de resultaten die wij willen verbeteren. Regelmatig komen er uit het team verbetervoorstellen. Door de opbrengsten op schoolniveau te analyseren, werken wij aan kwaliteit. De school moet de opbrengsten ook verantwoorden aan het bestuur. Ook op bovenschools niveau wordt gesproken over opbrengsten met als doel een kwaliteitsimpuls te geven aan het onderwijs. Modern klassikaal onderwijs Op De Octopus staan wij voor modern klassikaal onderwijs. Wij geloven in de kracht van een klassikale instructie. Als groep nadenken over bijvoorbeeld een rekenprobleem en elkaar helpen bij het vinden van oplossingen is een motiverende activiteit. Bij modern klassikaal onderwijs wordt heel goed gekeken naar de onderwijsbehoeften van ieder kind. Hierbij zijn het zelfstandig werken en de effectieve instructie belangrijke voorwaarden. Tevens hanteren wij een zorgstructuur, die gebaseerd is op handelingsgericht werken. Dit wordt hieronder toegelicht. Zelfstandig werken houdt in dat kinderen zelfstandig een reeks opdrachten plannen en uitvoeren. Daarbij geldt het principe van uitgestelde aandacht. De leerkracht is er om de kinderen te helpen. Soms echter is de leerkracht bezig met een extra instructie. Dan moet de vraag van de leerling even wachten. De leerkracht loopt ongeveer elke tien minuten een service ronde. Zolang kan een kind doorgaan met een andere opdracht. Bij effectieve instructie wordt er bij het aanbieden van nieuwe stof interactief en gedifferentieerd gewerkt. Sommige kinderen zijn na een korte instructie voldoende op weg geholpen. Voor hen is het niet prettig om naar een instructie te moeten luisteren die ze al begrijpen. Sommige kinderen hebben een langere instructie nodig. En weer anderen zijn erbij gebaat om langer samen met de leerkracht de nieuwe leerstof te oefenen. De leerkrachten werken volgens een vast lesmodel van EDI (Expliciete Directe Instructie), uw kind weet daardoor goed wat hij/zij kan verwachten. Groepsleerkrachten kunnen goed inspelen op de onderwijsbehoeften van kinderen, omdat zij elk half jaar plannen schrijven voor technisch lezen, begrijpend lezen, rekenen en spellen. Zij maken groepjes van kinderen met dezelfde onderwijsbehoeften, bepalen welke activiteiten en ondersteuning/uitdaging naast de methodes voor deze kinderen nodig zijn en plannen dit in. Ook stellen zij in de groepsplannen per vak doelen, die zij met de kinderen willen behalen. Dit noemen wij handelingsgericht werken. Het Octopus-team werkt op deze wijze cyclisch en systematisch aan het behalen van optimale leeropbrengsten. Toetsafname is een hierbij een belangrijk middel. Wat doen wij met verschillende onderwijsbehoeften? Zoals gezegd geven wij modern klassikaal onderwijs en stellen daarin de onderwijsbehoeften van kinderen centraal. Hieronder wordt een aantal onderwijsbehoeften toegelicht: Verrijkingsaanbod Sommige kinderen behalen zeer hoge resultaten en hebben meer nodig dan het basisaanbod. Bij hen bestaat het gevaar dat zij hun motivatie voor het leren verliezen of dat zij er aan gewend raken dat alles in een mum van tijd lukt. Zij kunnen dan niet goed leren leren. Deze kinderen krijgen bij elke les verrijkingstaken zoals wiskunde bij rekenen, lastiger woordpakketten bij spelling en moeilijkere teksten bij begrijpend lezen. In de halfjaarlijkse plannen stellen de leerkrachten voor deze leerlingen hogere doelen. Op De Octopus hebben we daarnaast voor zowel de onder- als de bovenbouw een verrijkingsgroep. De leerlingen krijgen elke week begeleiding van een verrijkingsleerkracht. Daar krijgen ze een alternatief programma aangeboden dat aansluit bij hun onderwijsbehoeften. Kinderen met een taalachterstand Een deel van onze leerlingen heeft als uitdaging in het leven dat zij in twee talen worden opgevoed. De moedertaal van hun ouders is niet de taal waarin zij onderwijs krijgen; het Nederlands. Bij een aantal van deze kinderen blijkt dat hun woordenschat te beperkt is om zich naar hun mogelijkheden te ontwikkelen. Deze kinderen krijgen speciale aandacht. In de onder en middenbouw krijgen zij veel extra instructie met behulp van de methode LOGO3000. Voor deze kinderen vinden wij het heel belangrijk dat school en thuis met elkaar samenwerken om woordenschat en taalontwikkeling zo goed mogelijk te stimuleren. De dialoog tussen ouders en leerkracht is hier bepalend voor schoolsucces. Kinderen die langzamer leren lezen en spellen In het team is afgesproken welke maatregelen we inzetten voor kinderen die meer leertijd nodig hebben bij technisch lezen en spellen in het dyslexie protocol van De Octopus. In groep 3 is het bijvoorbeeld heel belangrijk dat deze kinderen veel oefenen bij het maken van de letter-klank-koppeling en het versneld lezen van woordrijen. In de klas wordt aan deze kinderen extra instructie gegeven. En met inzet van veel hulpouders kan er ook op school veel geoefend worden. Ook hier is weer belangrijk om kinderen thuis te helpen. Groepsleerkrachten maken met ouders afspraken over wat haalbaar is. Vanaf de groepen 3 leggen wij de lees- spellingsontwikkeling van kinderen vast. Soms zijn lees- en spellingsproblemen zo hardnekkig dat kinderen in aanmerking komen voor een onderzoek naar dyslexie e/o een dyslexieverklaring. Kinderen met rekenproblemen Sommige kinderen leren langzamer rekenen. Dit kan komen doordat zij moeite hebben met inzicht, maar ook doordat zij moeite hebben met het automatiseren; het snel kunnen ophalen van sommetjes als 9 + 4 of 8 x 8. Voor het automatiseren wordt in de klassen vaak de computer ingezet maar ook gevarieerde spelvormen waarmee kinderen zelfstandig in tweetallen kunnen trainen. Ook krijgen deze kinderen in de klas extra instructie en wordt met ouders nagegaan of zij thuis extra kunnen oefenen. Een jaar overdoen of eigen leerlijn Het kan voorkomen dat een kind zich ondanks alle extra hulp niet voldoende ontwikkelt en zich daardoor heel ongelukkig voelt in de klas. Als u het gevoel heeft dat dit bij uw kind aan de hand is, is het belangrijk dit zo snel mogelijk met de groepsleerkracht van uw kind te bespreken. Wanneer blijkt dat het verdriet bij kinderen door de leerachterstanden worden veroorzaakt, zijn er twee mogelijkheden: Het kind krijgt voor het vak of de vakken waarin zijn of haar ontwikkeling stagneert een pedagogisch didactisch onderzoek en de leerlijn van het kind wordt aangepast. Er wordt dan gekeken tot hoe ver het kind in de leerlijn kan komen. Dat heet een ontwikkelingsperspectief (OPP). Het kind krijgt dan een eigen programma om zijn individuele leerlijn te behalen Wanneer een eigen leerlijn geen oplossing biedt, kan overwogen worden om kinderen een jaar over te laten doen. De ervaring leert ons dat maar weinig kinderen profiteren van blijven zitten. Een groot deel van de kinderen die zijn blijven zitten, raakt na twee jaar weer op het oude niveau. Maar wanneer het voor het welbevinden van een kind nodig is, kiezen we hier wel voor in overleg met ouders. Externe hulp Er kan een aantal redenen zijn, waardoor het even niet zo lekker loopt met een kind. Samen met ouders kunnen we besluiten om externe hulp in te schakelen. Het kan dan gaan om onderzoek en advies naar leerproblemen, advies bij vragen over opvoeding of advies over het gedrag van sommige kinderen. Wanneer we hulp nodig hebben bij vragen over de leerontwikkeling, schakelen we een onderwijsbegeleidingsdienst in. Deze kunnen ons n.a.v. een consult over een leerling adviezen geven. Maar ook kan besloten worden een kind te onderzoeken op bijvoorbeeld intelligentie. Per jaar is er budget voor een beperkt aantal onderzoeken. Wanneer we vragen hebben, die meer gerelateerd zijn aan opvoeding, kunnen we de ouder- en kindcoach inschakelen. Zij zal dan gesprekken hebben met ouders en op verzoek van ouders ook met de school praten. Soms is het wenselijk om in geval van gedragsproblemen van een kind naar een instelling voor jeugdhulpverlening te gaan. De groepsleerkracht, intern begeleider of ouder- en kindcoach kan een ouder hierover informeren. Coördinatie van de zorg De coördinatie van de zorg in de school is in handen van de een intern begeleider. Haar voornaamste taak is het meekijken met leerkrachten naar de onderwijsbehoeften van de leerlingen. En het meedenken bij het inzetten van de juiste maatregelen. Dit doen zij doordat er per jaar meerdere groepsbesprekingen met leerkrachten worden gehouden. Ook kan de intern begeleider de ouders helpen met het vinden van de juiste vorm van externe hulp als ouders en leerkrachten van mening zijn dat dit nodig is. Een ouder kan zich te allen tijde wenden tot de intern begeleider. Samen met de leerkracht gaan we dan het gesprek aan over wat nodig en wenselijk is.
Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?
Grafiek
Grafiek laden...
43,18% van de leerlingen presteert boven advies – bijna het dubbele van het landelijk gemiddelde (25,27%). Slechts 6,82% zit onder advies, wat het hoge maatwerkniveau onderstreept. De 'ontwerplabs' en talentprogramma’s uit het schoolplan lijken hier succesvol.
Sociale ontwikkeling
De Octopus is een school die hoogwaardig onderwijs nastreeft. De Octopus verwelkomt en omarmt kinderen (met wel acht armen). Vanuit onze kernwaarden geven we op De Octopus onderwijs, aandacht en zorg aan kinderen. We halen het maximale uit kinderen op sociaal-emotioneel, zintuiglijk, cognitief, motorisch, sportief en creatief gebied. De veilige armen van De Octopus laten de kinderen aan het eind van de basisschooltijd weer los als weerbare kinderen, bewust van zichzelf en hun talenten, als zelfstandige, sociale ‘wereldburgers’ met ondernemerschap en een verantwoordelijkheidsgevoel. Onze kinderen zijn klaar voor de toekomst. Concreet willen wij de kinderen de volgende dingen bijbrengen vanuit deze visie: Verantwoordelijkheid nemen voor de uitvoering van taken Leren plannen Leren reflecteren Communicatieve vaardigheden Coöperatief leren Plezier hebben in leren Onze eigen en elkaars talenten kennen en gebruiken LEES MINDER
Eigen verantwoordelijkheid
Autonomie
Zelfstandigheid
Wat is de werkwijze van Openbare Basisschool De Octopus voor sociale ontwikkeling?
Openbare Basisschool De Octopus hanteert duidelijke gedragsregels voor personeel, leerlingen en ouders, die op de website staan. De school gebruikt de KiVa-methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. KiVa is een preventief, schoolbreed programma gericht op sociale veiligheid en het tegengaan van pesten. In de groepen 1 tot en met 8 worden KiVa-lessen gegeven om pestgedrag tegen te gaan en de groepsnorm positief te beïnvloeden.
Welke registratievorm(en) gebruikt Openbare Basisschool De Octopus om sociale opbrengsten in kaart te brengen?
Openbare Basisschool De Octopus gebruikt de KiVa Monitor om sociale opbrengsten in kaart te brengen.