Wat is praktijkonderwijs?
Het praktijkonderwijs (PrO) is er voor leerlingen die het beste leren door te ervaren en te doen. Binnen deze vorm van voortgezet onderwijs ligt de focus op het aanleren van praktische competenties, zodat ze later, zo zelfstandig mogelijk, hun eigen weg kunnen vinden. Denk aan de vaardigheden die nodig zijn om te werken, maar ook om zelfstandig te wonen.
Kenmerken van het praktijkonderwijs
Wat het praktijkonderwijs zo bijzonder maakt, is de persoonlijke aandacht die de leerlingen krijgen. Je vindt er doorgaans kleinere klassen, waardoor er meer ruimte is voor individuele begeleiding. De lessen en opdrachten zijn sterk praktijkgericht en sluiten aan bij het niveau en de specifieke behoeften van elke leerling. Een belangrijk onderdeel van het PrO is de stage, waar leerlingen de theorie direct in de praktijk kunnen brengen.
Wie komt in aanmerking voor praktijkonderwijs?
Het praktijkonderwijs is bedoeld voor leerlingen waarvoor een regulier vmbo-diploma net een stap te ver is. Om toegelaten te worden, hebben leerlingen een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig. Deze wordt afgegeven door het samenwerkingsverband passend onderwijs, na een zorgvuldige beoordeling.
Wat leren ze in het praktijkonderwijs?
Naast de basis, zoals lezen, schrijven en rekenen (en soms is zelfs dat een uitdaging), is er in het praktijkonderwijs veel ruimte voor het ontwikkelen van sociale en praktische vaardigheden die nodig zijn op de werkvloer. Denk bijvoorbeeld aan vakken als koken, techniek, verzorging of groenvoorziening – allemaal heel concrete voorbereidingen op de toekomst.
Kortom...
Het praktijkonderwijs is een waardevolle route voor leerlingen die via een andere aanpak het beste tot hun recht komen. Door praktische vaardigheden te combineren met persoonlijke begeleiding, worden ze optimaal voorbereid op een zelfstandig leven en een passende plek op de arbeidsmarkt.