
Schoolweging
De schoolweging van De Marshof is 29,97 , met een spreiding van 6,94 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.
Fundamenteel niveau
97.7% van de leerlingen bereikt het fundamenteel niveau, duidelijk boven de landelijke signaleringswaarde van 85%. Dit benadrukt de sterke basiskwaliteit van het onderwijs.
Grafiek
Grafiek laden...
Streefniveau
63.8% van de leerlingen behaalt het streefniveau, ruim boven de inspectienorm van 47.1%. Dit reflecteert de effectieve focus op maatwerk voor cognitief sterke leerlingen, ondanks de complexe leerlingenpopulatie.
Grafiek
Grafiek laden...
Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?
De adviezen tonen een tweedeling: 22.73% vwo-advies (vergelijkbaar met landelijk gemiddelde) naast 9.09% vmbo-k. Opvallend is het hoge percentage havo-adviezen (31.82%), wat 15% boven het regionaal gemiddelde ligt. Deze spreiding past bij de gemengde leerlingenpopulatie en het adaptieve onderwijsconcept.
Grafiek
Grafiek laden...
Eindtoets Resultaten
Grafiek
Grafiek laden...
Toetsscores 2023-2024
Toets | De Marshof | Gemeente Amsterdam | Nederland |
---|---|---|---|
LIB | 175.94 | 175.32 | 175.23 |
Groep 8 Toetsen 2023-2024
Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?
Visie op zorg Ieder kind is uniek en ontwikkelt zich op zijn/haar eigen manier. Op OKC de Marshof is een hoog niveau van basiszorg, dit is de zorg die wij aan onze leerlingen bieden binnen de groep. Uitgangspunt hierbij is dat de leerling zoveel mogelijk wordt begeleid in de eigen groep door de eigen leraar. Om het werk voor de leerkracht daarbij “behapbaar” te houden worden leerlingen met eenzelfde onderwijsaanpak daarbij als groep aangesproken (zoveel mogelijk geclusterd) Binnen onze school is een goede onderwijsstructuur met afstemming tussen onderwijs, zorg en veiligheid. Er is aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling, het aanleren van kennis en vaardigheden, het ontwikkelen van talenten en de sportieve en creatieve ontwikkeling (cultuur). Wij gaan uit van verschillen tussen leerlingen en handelen hiernaar. In alle groepen grijpen we zo snel mogelijk in bij risico’s. Dit kan n.a.v. observaties zowel op cognitief- als sociaal emotioneel gebied, methode onafhankelijke toetsen, methode- gebonden toetsen, gesprek met ouders en/of externen. De leerkracht meldt het probleem bij de intern begeleider en samen zoeken ze naar de juiste ondersteuning voor de leerling. De leerkracht is uiteindelijk verantwoordelijk voor de zorg van de leerlingen in haar groep. We doen alles in samenspraak met ouders. De school draagt de verantwoordelijkheid voor het onderwijs, zorg en de ontwikkeling van de leerling. Hierbij kunnen we de hulp inschakelen van logopedie, fysiotherapie, orthopedagoog, jeugdzorg, preventief begeleiders, didactisch coach, jeugd-en gezinswerker, schoolarts e.d. Deze begeleiding is vaak tijdelijk van aard en vindt waar mogelijk binnen de school plaats. Op het moment dat onze middelen op school niet (meer) toereikend zijn, laten wij ons adviseren door het Samenwerkingsverband De Stroming, zodat er meer passende hulp geboden kan worden en als dat nodig mocht zijn de leerling verwezen wordt naar een school die beter bij de wensen van het kind aansluit. Afnemen toetsen Om de ontwikkeling van de kinderen te volgen maken wij op school gebruik van de leerling in beeld toetsen (LIB). De resultaten worden door de leerkracht vastgelegd in een leerlingvolgsysteem. De (LIB)-toetsen die afgenomen worden zijn: AVI, DMT, Spelling, Rekenen en Wiskunde Toetsen Begrijpend Lezen Verder wordt gebruik gemaakt van: Nio groep 8, Kanvas(signalering sociaal emotionele ontwikkeling groep 1 t/m 8), Sidi (signalering hoogbegaafdheid), Parnassys leerlijnen groep 1 en 2, methodegebonden toetsen en de NSCCT Analyse van de toetsresultaten In de groepen 3 t/m 8 dienen de leerkrachten na het afnemen van een toets zelf een analyse te maken op leerling- en groepsniveau. Op schoolniveau wordt er schoolbreed een analyse gedaan door het gehele team en bijbehorende interventies vastgesteld. Er wordt gekeken naar de ontwikkeling in vaardigheidsscores, de vaardigheidsgroei en de percentages I t/m V scores. Schoolnormen en doelen worden opgesteld aan de hand van referentieniveaus 2F-1S. Referentieniveaus spelen een grote rol in de analyse. Bespreking van de toetsen Na de CITO toetsmomenten worden de resultaten teambreed besproken. Hierin worden de vorderingen op schoolniveau besproken. Dit gebeurt in teamverband om iedereen een beeld te schetsen hoe we als school gepresteerd hebben. Er wordt ook bekeken of het groepsresultaat in de lijn der verwachtingen ligt. De tussenresultaten worden daarbij vergeleken met het leerpotentieel van de kinderen vanuit de NSCCT gegevens. Vervolgens vindt er een groepsbespreking plaats. Dit is een gesprek met groepsleerkracht en intern begeleider. De resultaten worden op groeps- en individueel niveau besproken. Verklaringen ne interventies komen aan de orde. De leerkracht geeft ook aan waar hij/zij eventueel hulp bij nodig heeft. Hulpplan, weekplan, groepsfoto, notitiecategorieën parnassys N.a.v. deze resultaten wordt het handelen in de klas en de bijbehorende interventies (onderwijsbehoeften) gepland en uitgevoerd in de weekplanning. De leerkracht houdt aantekeningen bij in een logboek. Er is steeds sprake van actie-reactie. Wat het ik gezien en wat betekent dat voor mijn lesgeven. Wie in aanmerking komt voor verlengde instructie en wie kan verrijking aan. De dag/weekplanning is een werkdocument waarin het handelen van de leerkracht beschreven staat. Voor alle leerlingen worden kort en globaal de belemmerende/ stimulerende factoren en de onderwijsbehoeften beschreven. Voor risicoleerlingen (didactisch stagneren, onderpresteerders, sociaal emotionele problematiek, thuisproblematiek, gedragsproblematiek etc) wordt een uitgebreidere beschrijving genoteerd in parnassys van die items. Kinderen die begeleid worden buiten de groep hebben een individueel handelingsplan. De ouders worden door de leerkracht op de hoogte gesteld van de extra aandacht die hun kind krijgt. Uit de analyse en de sociaal/emotionele observaties en observatielijsten uit Kanvas heeft de groepsleerkracht reeds conclusies getrokken hoe hij de groep of subgroepjes beter kan laten profiteren van de aangeboden leerstof c.q. gericht pedagogisch handelen. Eigen leerlijn/OPP kinderen Voor sommige leerlingen gaat het tempo van de groep te snel of te langzaam. Ook voor deze leerlingen moet het onderwijs zo ingericht zijn dat zij in het tempo mogen leren dat zij aankunnen. Voor deze leerlingen maken wij een eigen leerlijn. Dit kan pas gedaan worden na gedegen intern/extern onderzoek. De leerkracht, intern Begeleider, ouders (en soms ook specialisten van het speciaal onderwijs of de Stroming) zijn hiervan op de hoogte. Deze kinderen maken ook toetsen op het niveau waarop ze werken. Onze opdracht is kinderen een ononderbroken onderwijstijd te bieden van 8 jaar. Hoogbegaafdheid Vanaf groep 1 wordt er halfjaarlijks door de leerkracht het SIDI (Signalering Diagnostisering van intelligente en (hoog) begaafde kinderen) ingevuld. In de weekplanning worden voor de kinderen die meer-hoogbegaafd zijn, aangegeven welke stof compact zal worden aangeboden en welke verrijkingsstof wordt aangeboden. Kinderen met een mogelijke ontwikkelingsvoorsprong kunnen meedoen in de plusklas binnen school. 1x per week gaan ze naar de plusgroep en krijgen les op een hoger denkniveau van een leerkracht. Vanaf groep 5 krijgen ze ongeveer een uur werk mee voor in de klas. Binnen het samenwerkingsverband is het mogelijk voor leerlingen van groep 3 en 4 met een opvallende ontwikkelingsvoorsprong om deel te nemen aan de Kangoeroeklas. Vanaf groep 5 kunnen geteste leerlingen met een IQ van 130 en hoger deelnemen aan de Cnopiusklas van het Dienstencentrum de Stroming. Deze kinderen compacten de lesstof in de groep en besteden 2 uur aan Cnopiuswerk.
Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?
Grafiek
Grafiek laden...
18.75% van de leerlingen presteert onder advies, wat significant hoger is dan het landelijk gemiddelde (11.81%). Mogelijke verklaringen zijn de complexe leerlingenpopulatie en transitieproblematiek. Desondanks scoort 12.5% boven advies, wat aansluit bij het beleid om potentieel te herkennen via doorlopende monitoring.
Sociale ontwikkeling
De Marshof heeft 4 kernwaarden die centraal staan: vertrouwen, verantwoordelijkheid, verdiepen en verbinden (een verdere uitwerking vindt u terug in het schoolplan). Met een visie die gericht is op onderzoekend en thematisch leren vanuit de SLO leergebieden, bieden we kleurrijk onderwijs door oa de methode Leskracht. Tijdens deze middagen worden er verschillende vakken geïntegreerd en wordt er veel samengewerkt. Er wordt samen kennis opgedaan en presentaties voorbereid. Tijdens het inoefenen van leerstof worden tevens coöperatieve werkvormen gebruikt. Er wordt een beroep gedaan op de executieve functies tijdens oa. bovenstaande werkvormen/ activiteiten. De executieve functies monitoren we met Leerling in beeld. Er zijn vragenlijsten voor leerlingen vanaf groep 5 en de leerkrachten vullen vragenlijsten in vanaf groep 3. Ook de sociale vaardigheden en competenties monitoren we 2x per jaar middels leerkracht en leerling vragenlijsten in Leerling in Beeld. De uitkomsten van de sociale opbrengsten worden gedeeld met de inspectie. LEES MINDER
Veiligheid en vertrouwen
Verantwoordelijkheid
Verbinden en samenwerken
Wat is de werkwijze van openbaar kindcentrum de Marshof voor sociale ontwikkeling?
Openbaar kindcentrum de Marshof werkt met de Kwink methode. Kwink is een methode voor sociaal-emotioneel leren (SEL), inclusief burgerschap en mediawijsheid, voor de groepen 1 t/m 8. De methode is praktisch, leuk en actueel en gericht op preventie van bijvoorbeeld pesten en het creëren van een veilige groep. Er wordt aandacht besteed aan conflictoplossing en de omgang met elkaar. Veiligheid wordt jaarlijks gemeten met vragenlijsten. Er zijn vier basisregels die gelden voor zowel de kinderen van de Marshof als Doomijn, positief geformuleerd en voorzien van een rijmpje.
Welke registratievorm(en) gebruikt openbaar kindcentrum de Marshof om sociale opbrengsten in kaart te brengen?
Openbaar kindcentrum de Marshof gebruikt de Sociaal Emotionele Vragenlijst om sociale opbrengsten in kaart te brengen.
Welke methode(s) voor sociaal-emotioneel leren gebruikt openbaar kindcentrum de Marshof?
Openbaar kindcentrum de Marshof gebruikt de Kwink methode voor sociaal-emotioneel leren.