Wij besteden veel tijd aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen. Hiervoor zetten we Kwink in, maar ook de vragenlijsten van Leerling in Beeld. Dit helpt leerkrachten om de ontwikkeling van kinderen systematisch in kaart te brengen. Op basis van eigen observaties komt Leerling in Beeld vervolgens met handvatten om achter de extra behoefte (n) van leerlingen te komen, om hen zo goed mogelijk te begeleiden/ondersteunen. Daarnaast hebben we een eigen programma ontwikkeld; POWER. Dit is een plan opgesteld met interventies voor leerlingen die, individueel of in kleine groepen, op het gebied van gedrag andere of nieuwe vaardigheden aangeleerd krijgen. Dit plan wordt structureel ingezet als onderdeel van de basisondersteuning. Na elke planperiode van 12 weken vindt er een evaluatie van de ontwikkelingen plaats en worden eventuele verbeteringen aangebracht. Deze worden vervolgens teambreed besproken. Ook maken we gebruik van de schoolhond. Waarom een schoolhond Kinderen en dieren hebben een sterke band met elkaar. Vriendschap, gezelschap, vertrouwen en loyaliteit zijn eigenschappen die we aan honden toekennen. Het contact tussen kind en hond wordt als echt ervaren. Een hond (ver)oordeelt niet en is toegankelijk. Dit speelt een grote rol wanneer kinderen op wat voor manier dan ook extra zorg of begeleiding nodig hebben. Kinderen gaan de verbinding aan met de hond waardoor de begeleiding gemakkelijker verloopt. Werken met een schoolhond is drempelverlagend, brengt plezier, geborgenheid en echt contact. Wat doet de schoolhond Samen met juf Melissa helpt Noortje kinderen die net even dat extra steuntje in de rug nodig hebben. Denk dan aan kinderen die; wat meer zelfvertrouwen kunnen gebruiken; moeite hebben met het maken en onderhouden van vriendschappen; moeite hebben met het reguleren van hun gedrag. Een halve dag in de week is Noortje samen met juf Melissa op school om te werken met kinderen middels een training. In die training leert de leerling over zichzelf (en anderen) door activiteiten met de hond uit te voeren en daarna gedachtes, aannames, gedrag, gevoelens en patronen te verwerken met behulp van de begeleider. De leerling ervaart door het uitvoeren van de activiteiten direct of indirect de consequenties van zijn handelen en wordt zich bewust van gevoelens en emoties. Deze ervaringen kunnen een aanzet zijn tot gedragsverandering. LEES MINDER