Elke leerling op het speciaal basisonderwijs, beschikt over een ontwikkelingsperspectief. Het ontwikkelingsperspectief geeft aan welke verwachting wij als school hebben van de ontwikkeling van de leerling op het gebied van leren en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Om het halfjaar wordt tijdens groepsbesprekingen bekeken of de leerling het onderwijs van de speciale school voor basisonderwijs nog langer nodig heeft. Bij de meeste kinderen zal dat het geval zijn; die kinderen vervolgen hun schoolloopbaan op De Verrekijker. Bij een aantal kinderen zal bekeken worden of de reguliere basisschool of het speciaal onderwijs adequater kan afstemmen op de onderwijsbehoefte van de leerling. In overleg met de ouders, de basisschool en de CvIT kan dan bekeken worden of overgang naar het reguliere basisonderwijs of het speciaal onderwijs passen en/of mogelijk is. Normaal gesproken zal een overgang naar een andere school aan het begin van een nieuw schooljaar plaatsvinden. We volgen de didactische ontwikkeling van de leerlingen, naast observaties en methodegebonden toetsen, ook met Cito-toetsen, door middel van het Leerling Onderwijs Volgsysteem (LOVS). Dit is een methode-onafhankelijk toetssysteem waarbij de ontwikkeling van het kind en de groep vergeleken wordt met het landelijk gemiddelde. Op deze manier krijgen we een objectief beeld over de vorderingen van de leerlingen en de resultaten van ons onderwijs. Het systeem volgt alle leerlingen. Het systeem bestaat uit de pakketten: Taal, Lezen, Spelling en Rekenen. Deze toetsen zijn opgenomen in een toetskalender. In de leerjaren 1, 2 en 3 worden aanvullend de toetsen van Aernoutse opgenomen.