De adviezen vertonen een sterke focus op praktische leerwegen: 25,8% vso (vs. 9,1% vergelijkbare scholen) en 28,8% vmbo-b. Opvallend is het lage percentage havo/vwo-adviezen (7,6% vs. 0,9% landelijk gemiddelde). Toch is er sprake van diversiteit: 3% van de leerlingen krijgt een vmbo-(g)t/havo-advies. Dit reflecteert de complexe leerlingpopulatie met uiteenlopende ondersteuningsbehoeften.