Van elke afzonderlijke leerling en van ieder leerjaar wordt op Armhoefse Akker een dossier bijgehouden. Die dossiers worden opgeslagen in het computerprogramma ParnasSys, ons leerlingvolgsysteem. Voortdurend wordt, in eerste instantie door de groepsleerkracht, nagegaan of het door ons gegeven onderwijs aansluit op de mogelijkheden en de behoeften van het kind. Om onderwijs op maat te kunnen bieden, wordt er regelmatig getoetst. Het meten en vergelijken van leerprestaties is een goed middel om per groep en per kind te bekijken hoe het leer- en ontwikkelingsproces verloopt. Het geeft de leerkracht extra houvast om te beoordelen of de leerstof goed wordt verwerkt en of er verandering nodig is in de manier en het tempo van lesgeven. De toetsen zijn ook nodig om te bekijken of bepaalde leerlingen extra hulp of speciale aandacht nodig hebben. Behalve methode gebonden toetsen en toetsen die leerkrachten zelf samenstellen, maken we ook gebruik van landelijke toetsen van het Cito Leerling- en Onderwijs Volgsysteem (Cito-LOVS). Hierdoor krijgen we een objectief beeld van de kwaliteit van ons onderwijs, omdat deze toetsen de resultaten meten, los van de methodes die wij op onze school gebruiken. De toetsen die we afnemen zijn ontwikkeld door de CITO-groep. Bij al deze toetsen is er een landelijk vastgestelde normering. Daardoor wordt het mogelijk om uw kind te vergeleken met: ¦ zichzelf (bv. leest het kind meer woorden dan bij de vorige test) ¦ de andere kinderen in de groep ¦ een landelijke normgroep (hoe brengt het kind het eraf wanneer het vergeleken wordt met andere kinderen van dezelfde leeftijd).