Kindcentrum De Hobbit
De Hoge Kamp 9
5247 WH Rosmalen

Schoolweging

Schoolweging
24.62
Spreiding
5.75

De schoolweging van De Hobbit Rosmalen is 24,62 , met een spreiding van 5,75 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.

Fundamenteel niveau

Met 98,6% score voor het fundamenteel niveau overtreft de school zowel de landelijke norm (85%) als het vergelijkingspercentage (97,34%). Dit onderstreept de effectiviteit van de basisondersteuning, vooral in taalvaardigheden.

Grafiek

Grafiek laden...

Streefniveau

71,1% van de leerlingen behaalt het streefniveau voor taal en rekenen, ruim boven de inspectienorm van 56,2% en het regionaal gemiddelde van 66,85%. Dit reflecteert de focus op maatwerkonderwijs zoals beschreven in het schoolplan.

Grafiek

Grafiek laden...

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

De adviezen tonen een tweeledig beeld: 24,44% vmbo-(g)t en 20% havo/vwo (vs. 16,45% en 10,93% regio), maar slechts 6,67% vwo-advies (vs. 18,61% regio). Praktijkonderwijs komt niet voor, tegen 1,01% regionaal. De nadruk lijkt te liggen op doorstroom naar havo en gemengde leerwegen.

Grafiek

Grafiek laden...

Eindtoets Resultaten

Grafiek

Grafiek laden...

Toetsscores 2023-2024

ToetsDe Hobbit RosmalenGemeente AmsterdamNederland
LIB178.34175.93175.23

Groep 8 Toetsen 2023-2024

Score
162

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

Tussen- en eindresultaten De tussen- en eindresultaten worden gemeten door de toetsen van CITO, afgenomen in januari en juni. In de groepen 1-2 gebruiken we observaties t.b.v. het zicht op de ontwikkeling. In de groepen 3 t/m 8 voor de vakgebieden rekenen, technisch en begrijpend lezen (vanaf eind groep 4) en spelling. Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken we ‘Zien’. Daarnaast volgen we de stappen van het masterplan dyslexie. In groep 8 wordt in mei de Cito-eindtoets afgenomen. De resultaten van de kinderen worden op kindniveau, groepsniveau en schoolniveau geëvalueerd en geanalyseerd. Deze analyses worden verwerkt in individuele leerlingenkaarten die met de individuele leerlingbehoeften de basis vormen voor aanpassing in het aanbod in de groep. Extra ondersteuning Soms vormen welbevinden, gedrag, prestaties en/of toetsuitslagen van kinderen aanleiding om extra ondersteuning te bieden. Mochten ouders zich afvragen of hun kind extra ondersteuning nodig heeft, dan wordt geadviseerd om een afspraak met de leerkracht te maken. De groepsleerkracht kan na analyse van de problemen aanpassingen doen in de instructie of het zelfstandig werk. Soms is het nodig om intern of extern extra onderzoek te doen. Dit gaat altijd in overleg met de intern begeleider. Naar aanleiding van dat onderzoek kan het nodig zijn om een apart plan voor het kind op te stellen. De ouders krijgen hiervan bericht. Sommige kinderen hebben meer aandacht nodig dan anderen. De oorzaak hiervan kan diverse achtergronden hebben. Overigens dient hier niet alleen gedacht te worden aan leerlingen die meer hulp en ondersteuning nodig hebben omdat zij moeite hebben met de lesstof. Binnen het basisonderwijs komen ook kinderen voor met een hogere begaafdheid. Wij hebben ook voor deze meer hoog- en meerbegaafde kinderen een beleid ontwikkeld, omdat zij evengoed behoefte hebben aan extra ondersteuning. Handelingsplannen en ontwikkelingsperspectief Op de leerlingenkaart van ieder kind kunnen we zien hoe het kind er voor de diverse vakgebieden voor staat. Daarnaast zijn er belemmerende en bevorderende factoren vermeld, die de leerkracht inzicht geven in wat het kind nodig heeft. De leerlingenkaart wordt aan het begin van het schooljaar in overleg met de vorige leerkracht overgedragen aan de nieuwe leerkracht en daarna vastgesteld. De kaart wordt in januari en juni geëvalueerd en bijgesteld. De evaluatie/presentatie vindt plaats door groepsbesprekingen en collegiale consultatie. De schoolresultaten worden besproken tijdens vergaderingen/studiedagen. Daar worden de ondersteuningsbehoeften van de kinderen besproken. Zo delen we onze kennis met elkaar en is er een gedeelde verantwoording voor de leeropbrengsten van de school. Onze specialisten en intern begeleiders spelen hierbij een belangrijke rol. Een ontwikkelingsperspectief (OPP) wordt opgesteld als een kind een eigen leerlijn nodig heeft voor de komende jaren tot en met groep 8. De Intern begeleider stelt dit samen met leerkracht en de ouders op. Dit plan ‘volgt’ het kind en bevat de doelen tot en met groep 8. Periodiek wordt dit plan van aanpak bijgesteld en met de ouders van het desbetreffende kind besproken.

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

Grafiek

Grafiek laden...

77,42% presteert op adviesniveau (vs. 62,93% landelijk), wat duidt op nauwkeurige advisering. Het percentage onder advies (12,9%) is iets hoger dan landelijk (11,81%), mogelijk door stringentere aanvankelijke plaatsing. De lage 'boven advies'-score (9,68%) sluit aan bij het conservatieve adviesprofiel.

Sociale ontwikkeling

Kinderen leren en ontwikkelen op school vaardigheden die nodig zijn om op een goede manier met anderen om te gaan. En om bij te dragen aan de samenleving. Het gaat om vaardigheden zoals samenwerken, ruzies oplossen en jezelf weten te redden. Door deze vaardigheden is het fijn en veilig op school en verbeteren leerprestaties. Kinderen nemen op een positieve manier deel aan de maatschappij. Sommige kinderen hebben specifieke onderwijsbehoeften, waardoor zij extra begeleiding nodig hebben. Als dat het geval is, kan de leerkracht een beroep doen op de intern begeleider en/of één van de specialisten binnen onze school. Indien dit niet voldoende is, kan de school externen inschakelen om de specifieke kennis in huis te halen. De Hobbit maakt deel uit van het wijkteam, bestaande uit diverse aanbieders van ondersteuning. LEES MINDER

talentontwikkeling

passie en verbinding

persoonlijke aandacht

Wat is de werkwijze van Kindcentrum De Hobbit voor sociale ontwikkeling?

De werkwijze van Kindcentrum De Hobbit voor sociale ontwikkeling is gericht op het aanspreken van kinderen op hun eigen niveau en het geven van directe feedback. Onacceptabel gedrag wordt vroegtijdig aangepakt en omgebogen naar positief gedrag. Respect, verantwoordelijkheid en veiligheid staan centraal. Kindcentrum De Hobbit gebruikt Kindbegrip, een digitaal sociaal-emotioneel volgsysteem, om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen inzichtelijk te maken en te bevorderen. Jaarlijks wordt de veiligheidsmonitor afgenomen bij kinderen van groep 6, 7 en 8, de uitslagen zijn te vinden op www.scholenopdekaart.nl.

Welke registratievormen gebruikt Kindcentrum De Hobbit om sociale opbrengsten in kaart te brengen?

Kindcentrum De Hobbit gebruikt Zien, de Sociale Competentie Observatielijst (SCOL) en de Veiligheidsmonitor om sociale opbrengsten in kaart te brengen.

Welke methoden voor sociaal-emotioneel leren gebruikt Kindcentrum De Hobbit?

Kindcentrum De Hobbit gebruikt School Wide Positive Behavior Support (SWPBS), Taakspel, Wish en Kwink als methoden voor sociaal-emotioneel leren.