De Snip
Dorpsstraat 146
1733 AR Nieuwe

Schoolweging

Schoolweging
28.89
Spreiding
5.69

De schoolweging van De Snip is 28,89 , met een spreiding van 5,69 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.

Fundamenteel niveau

97.1% van de leerlingen beheerst het fundamenteel niveau, ruim boven de landelijke signaleringswaarde van 85%. Dit bevestigt dat De Snip effectief basisvaardigheden garandeert, zelfs met een toenemend aantal leerlingen uit diverse achtergronden (+5.69 spreiding in schoolweging).

Grafiek

Grafiek laden...

Streefniveau

58.6% van de leerlingen behaalt het streefniveau, ruim boven de inspectienorm van 48.6%. Dit laat zien dat de school ondanks een complexe leerlingenpopulatie (schoolweging 28.89) hogere doelen realiseert. De score ligt echter 1.9% lager dan bij vergelijkbare scholen, mogelijk door de bredere adviesspread.

Grafiek

Grafiek laden...

Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?

De adviezen tonen een nadruk op havo (29.4%) en vmbo-(g)t/havo (17.7%), met beperkte praktijkadviezen (geen 'praktijkonderwijs' geregistreerd). Het vwo-percentage (11.8%) ligt wel lager dan bij vergelijkbare scholen (18.6%), wat mogelijk samenhangt met de relatief jonge groeiende populatie. De school geeft aan 'kansrijk te adviseren', wat blijkt uit lage onderadvisering.

Grafiek

Grafiek laden...

Eindtoets Resultaten

Grafiek

Grafiek laden...

Toetsscores 2023-2024

ToetsDe SnipGemeente AmsterdamNederland

Groep 8 Toetsen 2023-2024

Score
58

Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?

N.a.v. de midden- en eindtoetsen van IEP vindt er twee keer per jaar een trendanalyse plaats met het team o.l.v. IB en directie. Hierbij wordt gekeken naar het proces en de resultaten, vindt er een diepteanalyse plaats m.b.v. het visgraatmodel, worden er doelen gesteld en groepsspecifieke interventies ingezet. Dit proces vindt plaats middels de PDCA cyclus. Vanaf groep 6 wordt er een prognose gemaakt van de behaalde en te behalen resultaten op basis van de referentieniveaus. Ook dit leidt tot een groepsspecifiek aanbod.

Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?

Grafiek

Grafiek laden...

Slechts 6.7% van de leerlingen zit onder advies - ruim onder het landelijk gemiddelde (11.8%). 80% zit op advies (+17.1% t.o.v. vergelijkingsscholen), wat aansluit bij het beschreven adviesproces met IEP-toetsmonitoring vanaf groep 6. De focus op ontwikkelingslijnen en passende plaatsing blijkt effectief.

Sociale ontwikkeling

Op De Snip werken we op basis van de uitgangspunten van Pedagogisch Tact. Dit wil zeggen dat wij de relatie met het kind (en zijn directe omgeving) als uitgangspunt nemen. We kijken naar het kind (de behoefte van het kind) achter het zichtbare gedrag. Vanuit een goede relatie stimuleren wij de kinderen tot autonoom handelen, betrekken wij de kinderen en maken wij ze bewust van hun eigen ontwikkeling. De kindgesprekken vormen hierin een belangrijke basis. Op deze manier kunnen kinderen hun competenties zo goed mogelijk ontwikkelen. Deze pedagogische aanpak is gevisualiseerd in de vorm van ons Pedagogisch Huis, welke we met elkaar hebben vormgegeven. Een foto van het pedagogisch huis is zichtbaar is het beleidsplan sociale veiligheid. Vanuit Pedagogisch Tact werken betekent oog hebben voor betrokkenheid en welbevinden van de kinderen. 3 keer per jaar neemt de intern begeleider in alle groepen de Leuvense betrokkenheidsschaal af. Aan de hand van deze data analyseren we de betrokkenheid van kinderen en stellen we ambities op op het gebied van betrokkenheid en welbevinden. LEES MINDER

Verbinding

Pedagogisch tact

Autonomie

Wat is de werkwijze van De Snip voor sociale ontwikkeling?

Leerlingen van groep 3 tot en met 8 vullen jaarlijks de 'IEP hart & handen' vragenlijst in, om inzicht te krijgen in hun eigen profiel op sociaal-emotioneel gebied, leeraanpak en creatief vermogen. Leerlingen van groep 6, 7 en 8 vullen jaarlijks de 'Monitor Sociale Veiligheid' in. De resultaten worden geanalyseerd op school- en groepsniveau en kunnen leiden tot een specifieke aanpak voor een groep. Daarnaast vinden er gesprekken plaats over het welbevinden van de kinderen en de ontwikkeling op cognitief en sociaal-emotioneel gebied. Kinderen zijn vanaf groep 3 aanwezig bij de gesprekken met de leerkracht en hun ouder(s).

Welke registratievorm(en) gebruikt De Snip om sociale opbrengsten in kaart te brengen?

De Snip gebruikt de volgende registratievorm(en) om sociale opbrengsten in kaart te brengen: Mijn Kleuter Groep (groep 1/2), Sociaal Emotionele Vragenlijst, Leuvense betrokkenheidsschaal (groep 3-8), IEP hart en handen (groep 3-8).

Welke methode(s) voor sociaal-emotioneel leren gebruikt De Snip?

De Snip gebruikt de volgende methode(s) voor sociaal-emotioneel leren: Een doos vol gevoelens, Taakspel, Werken vanuit de SEL-competenties, Werken vanuit de fasen van groepsvorming, Elementen van PBS: schoolafspraken.