We streven (zo hoog mogelijke) opbrengsten na m.b.t. met name taalvaardigheid, rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. We achten het van belang dat de leerlingen presteren naar hun mogelijkheden en dat ze opbrengsten realiseren die leiden tot passend (en succesvol) vervolgonderwijs. Op onze school gebruiken we een leerlingvolgsysteem om de ontwikkeling van de leerlingen te monitoren (ParnasSys). We monitoren of de leerlingen zich ononderbroken kunnen ontwikkelen tijdens de groeps- en leerlingbesprekingen en de trendanalyses die twee keer per jaar worden opgesteld. Dan bespreken we of de groep zich ontwikkelt conform de verwachtingen en of dat ook geldt voor de individuele leerlingen. In het kader van de ononderbroken ontwikkeling stellen we jaarlijks een overzicht op van het aantal verlengers, het aantal zittenblijvers en het aantal leerlingen met een OPP (eigen leerlijn). De belangrijkste kenmerken (en eigen kwaliteitsaspecten) van onze school zijn: 1. De leerlingen realiseren aan het eind van de basisschool de verwachte opbrengsten (op grond van hun kenmerken) [m.n. Rekenen en Taal]. 2. De leerlingen realiseren tussentijds de verwachte opbrengsten (op grond van hun kenmerken) [m.n. Rekenen en Taal]. 3. De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat verwacht mag worden (op grond van hun kenmerken). 4. De leerlingen ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 5. De leerlingen ontwikkelen zich ononderbroken. 6. De leerlingen doorlopen in principe de basisschool in acht jaar. 7. De leerlingen krijgen de juiste adviezen voor vervolgonderwijs. 8. De leerlingen presteren naar verwachting in het vervolgonderwijs. We houden zicht op de ontwikkeling van kinderen door zowel methode gebonden toetsen als niet methode gebonden toetsen (de Cito-toetsen) af te nemen. Verder maken we gebruik van data die verkregen wordt vanuit Snappet en observaties. Twee keer per jaar nemen wij voor rekenen/wiskunde, technisch- en begrijpend lezen en spelling, de Cito-toetsen af. Zowel op individueel-, groeps- en schoolniveau wordt gekeken naar het leerrendement en de vaardigheidsgroei. Van deze gegevens wordt twee maal per jaar een trendanalyse gemaakt en intern besproken. De school heeft eigen doelen gesteld, gerelateerd aan de ouder- en leerlingenpopulatie. Opbrengsten (wat streven we na?) - Op groepsniveau kijken we wat de verwachte groei per vakgebied is en vergelijken deze met de behaalde score. Ons streven is dat we minimaal de verwachte groei per groep behalen en in ieder geval boven het landelijk gemiddelde blijven. - Op leerlingniveau een score die voldoende groei laat zien t.a.v. het vorige afnamemoment. Toetsing en afsluiting Op onze school zorgen we voor een ordelijk verloop van de toetsing en afsluiting. Tussentijds meten we de ontwikkeling van de leerlingen m.b.v. het Cito-leerlingvolgsysteem. De resultaten worden ingevoerd in het LVS ParnasSys. De toetsen worden afgenomen conform de opgestelde agenda en de Cito-voorschriften (aangevuld met schoolvoorschriften). Ouders worden op de rapportavonden geïnformeerd over de toetsresultaten. In leerjaar 8 doen in principe alle leerlingen mee aan de centrale Eindtoets. Ouders krijgen in dat jaar ook een definitief VO-advies voor hun kind. De adviesprocedure gaat als volgt: - In groep 6 en 7 worden de M en E toetsen van lezen, rekenen, spelling en begrijpend lezen ingevoerd in de Plaatsingswijzer, een niveau indicatie m.b.t. het vervolgonderwijs wordt zodoende verkregen. - In groep 8 krijgen de ouders en kinderen in de maand november een voorlopig schooladvies te horen. - In januari/februari worden de gemaakte M toetsen toegevoegd aan de Plaatsingswijzer en volgt er een definitief advies voor de vervolgstroom, mede op basis van inzet, attitude en zelfregulerend vermogen. - Ons eigen 'doorberekenmodel' fungeert als second-opinion t.a.v. het definitieve advies. - Indien de eindtoets hoger uitvalt dan het advies van de leerkracht wordt er een aangepast schooladvies overwogen en waar nodig wordt dit doorgevoerd. Ouders worden hierbij geraadpleegd.