De meeste kinderen kunnen zonder problemen het schoolprogramma op BS De Ravelinde doorlopen. Er zijn echter altijd kinderen die niet genoeg hebben aan dit programma. Daaraan kunnen verschillende oorzaken ten grondslag liggen. Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de onderwijsbehoeften van de kinderen. • Onderwijsbehoeften van de kinderen wordt zoveel mogelijk centraal gesteld. Er is afstemming op het gebied van de instructie, de leertijd en de leerstof. • Er wordt geprobeerd zoveel mogelijk af te stemmen, rekening houdend met het kind en zijn omgeving (de groep, de leerkracht, de school en de ouders). • De leerkracht doet ertoe. De leerkracht heeft daadwerkelijk invloed op de leerprestaties van kinderen. • Positieve aspecten zijn van groot belang. Het gaat om de positieve, stimulerende aspecten van het kind, de leerkracht, de groep, de school en de ouders. • We streven naar een constructieve samenwerking tussen school en ouders. • Er wordt doelgericht gewerkt. Doelen worden geformuleerd met als doel de opbrengsten te verhogen op het gebied van rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen, spellen, werkhouding en gedrag. • De werkwijze van school is systematisch en transparant. Er zijn duidelijke afspraken over wie wat doet en wanneer. Leerkrachten hebben over het algemeen een goed beeld van de kinderen. Dit komt doordat zij de kinderen in allerlei situaties meemaken, werk nakijken en beoordelen. Als aanvulling op dit beeld dat de leerkracht heeft en om de continuïteit en kwaliteit van het onderwijs aan alle kinderen op school te kunnen waarborgen wordt een leerlingvolgsysteem gehanteerd dat uit drie onderdelen bestaat: • Leerlingkaart Parnassys De leerlingkaart is een digitaal follow-up document waarin de gegevens en kindkenmerken en (specifieke) onderwijsbehoeften staan omschreven. De leerlingkaart wordt gedurende het schooljaar aangevuld indien er wijzigingen zijn. • Dossier In het dossier worden brieven, onderzoeksgegevens en andere belangrijke documenten verzameld; Het dossier wordt beheerd door de groepsleerkracht en/of kwaliteitscoördinator. • LVS- CITO Alle kinderen van de groepen 3 t/m 8 worden nauwgezet gevolgd op de gebieden: Technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, taal en rekenen. De toetsresultaten worden door de leerkracht geanalyseerd en verzameld in het administratieprogramma Parnassys. Met de toetsen kan de leerkracht vaststellen of de ontwikkeling van het kind naar wens verloopt of welke kinderen ondersteuning nodig hebben. Ook kan het aanleiding zijn voor verbeteringen in het onderwijsgedrag van de leerkracht of verbeteringen van onderdelen van het onderwijsprogramma. De meeste toetsen worden twee keer per jaar afgenomen. De toetsmomenten zijn in januari/februari en in mei/juni.