Op basis van verzamelde leeropbrengsten werken wij planmatig aan het verhogen van de opbrengsten, waarbij vooraf een ambitie is opgesteld. We maken keuzes en evalueren de gemaakte keuzes systematisch. Om het onderwijs passend te maken en tegemoet te komen aan verschillen, stemmen we het onderwijs doelgericht af en houden we (indien mogelijk) rekening met individuele onderwijsbehoeften. We werken handelingsgericht. We hanteren hierbij de uitgangspunten van handelingsgericht werken, te weten: doelgericht, onderwijs- en opvoedbehoeften van kinderen staan centraal, afstemming, wisselwerking met de omgeving, leerkracht doet ertoe, positieve benadering, samenwerking met ouders, kind, leerkrachten en in- en externe begeleiders, systematisch en planmatig. Om de ontwikkeling van de kinderen op onze school te kunnen volgen worden o.a. de volgende werkwijzen gehanteerd. * Observaties en kindgesprekken. * Het dagelijkse werk wordt gecorrigeerd en/of nabesproken. * Naast de dagelijkse observaties tijdens de lessen en toetsen, die bij de methoden horen, worden bij alle leerlingen van groep 3 t/m 7 twee keer per jaar (in januari en juni) Leerling-In-Beeld-toetsen afgenomen (spelling, rekenen, begrijpend lezen/luisteren en technisch lezen). In groep 8 worden deze toetsen één keer per jaar afgenomen (in oktober). * In groep 8 wordt de centrale doorstroomtoets afgenomen. * Bij leerlingen met een vastgesteld IQ lager dan 75, kiezen we in overleg met de ouders of we een eindtoets wel of niet inzetten om het VO-advies mede te bepalen. * Op sociaal en emotioneel gebied worden alle leerlingen gevolgd m.b.v. het digitale leerlingvolgsysteem KanVAS. * Indien noodzakelijk worden externe instanties geraadpleegd of geadviseerd, bv. logopedist, kinderfysiotherapeut of kan er extern onderzoek geadviseerd worden. Van iedere leerling wordt een digitaal leerlingdossier bijgehouden. Op onze school worden de ontwikkelingen van alle kinderen regelmatig doorgesproken in groepsbesprekingen en leerlingbesprekingen. Hierbij zijn leerkrachten, de ondersteuners, de IB-er en/of directeur aanwezig. Uit deze gesprekken komen interventies voort, die we in de periode erna zullen inzetten om zoveel mogelijk te voldoen aan de onderwijsbehoeften van het kind. Wanneer leerlingen doelen niet behalen, dan gaan we ervoor zorgen dat in de periode erna de doelen herhaald worden voor de leerlingen, net zolang tot ze de gestelde doelen wel behaald hebben. Vaak lukt het de leerkracht dit in de klas te organiseren, maar soms is er ondersteuning buiten de klas of van een externe nodig. We hebben op school een onderwijsondersteuner en een leerkrachtondersteuner die extra ondersteuning (in of buiten de groep) bieden. Wanneer we merken dat een leerling de einddoelen groep 8 niet zal halen, gaan we in gesprek met ouders en gaan we onderwijs op maat aanbieden, zodat we leerlingen verder kunnen brengen op hun eigen ontwikkelingslijn. Dit gebeurt in de regel pas vanaf groep 6. Toetsen op maat In het onderwijs krijgen de meeste leerlingen de toets aangeboden, die past bij het leerjaar waarin zij zitten. Halverwege groep 3 maken zij bijvoorbeeld de M(midden)3-toets. De uitslag van een toets is het meest nauwkeurig, wanneer de toets aansluit bij het niveau van de leerling. De leerling herkent zich dan in de toets en voelt zich uitgedaagd zonder de frustratie van een te moeilijke toets te ervaren. Voor leerlingen die zich minder snel of sneller ontwikkelen dan gemiddeld stemmen we het niveau van de toets daarom af op het niveau van de leerling, in plaats van op het aantal jaren onderwijs dat de leerling gevolgd heeft. Doordat alle toetsen van een leergebied zijn gekoppeld aan dezelfde vaardigheidsschaal, kunnen toetsen van één leergebied leiden tot eenzelfde vaardigheidsscore. De E4 toets en de M5 toets kunnen bijvoorbeeld eenzelfde vaardigheidsscore opleveren. Het verschil is dat de leerling bij een E4 toets relatief meer opgaven goed moet maken om dezelfde vaardigheidsscore te behalen. Wanneer de leerling de E4- toets maakt zal hij meer succeservaringen hebben, dan wanneer hij de M5 toets maakt. De school maakt de keus welke toets het beste bij het kind past. Ouders worden hierover geïnformeerd.