Wij werken doelgericht. Een jaaroverzicht per leerjaar omvat de doelen die wij willen behalen met de leerlingen. Dit geeft richting en is onze stip op de horizon. Deze doelen worden verwerkt in handzame planningen (meestal van vakantie tot vakantie). Deze worden vervolgens omgezet naar weekoverzichten. De te behalen doelen worden gedurende het proces geëvalueerd (door observaties, controle van begrip, kindgesprekken en analyse van het gemaakte werk). Op deze manier kan de leerkracht diens aanpak vlot bijstellen indien nodig en zorgdragen voor een doorlopende leerlijn. Vier keer per jaar stellen we de opbrengsten vast. Hierin nemen we observaties, methoderesultaten, en de midden en eindtoetsen van IEP mee. De opbrengsten worden door ons geanalyseerd. Doel van de analyse is nagaan welke aanpak en welk aanbod de kinderen nodig hebben om zich ononderbroken te kunnen doorontwikkelen. Op kindniveau ziet het volgen van de ontwikkeling er als volgt uit: 1. Wij observeren het kind rondom de sociaal emotionele ontwikkeling, werkhouding en talenten. 2. Vanaf groep 3 worden er methode toetsen afgenomen voor spelling, rekenen en lezen. Deze toetsen geven inzicht in wat al lukt en wat er extra geoefend kan worden. 3. Wij analyseren gegevens over het niveau van het kind en de vaardigheidsscores van IEP om de vorderingen van een leerling zichtbaar te maken. Het geeft antwoord op de vraag: ‘Hoe staat deze leerling ervoor op dit moment?’ en ‘Hoe kan hij/zij zich verder ontwikkelen en wat heeft hij/zij daarbij nodig?’ 4. Wij observeren de ontwikkeling van het kind om een passend en beredeneerd aanbod samen te stellen. Wij gebruiken bij het jonge kind (4 t/m 7 jaar) het volgsysteem van digikeuzebord om de ontwikkeling van kinderen te observeren en te registreren. 5. De te behalen doelen zijn bekend bij de leerkracht, het kind en de ouders en zichtbaar in de ruimte. 6. In het portfolio staat welke kennis en vaardigheden het kind beheerst, maar ook waar het kind trots op is. Dus naast een weergave van de groei op basisvaardigheden (taal en rekenen) is er ook aandacht voor andere vaardigheden, waaronder persoonlijke ontwikkeling, sociale ontwikkeling, projectonderwijs, motorische ontwikkeling en creativiteit. 7. De onderdelen 1, 2, 3 , 4, 5 en 6 vormen het uitgangspunt voor het kindgesprek.