Twee keer per jaar worden de opbrengstgegevens van de toetsen volgens een vaste procedure geanalyseerd. Dat gebeurt in de twee weken nadat de toetsen zijn afgenomen. De leerkracht van iedere groep is zelf verantwoordelijk voor het analyseren van de gegevens, het stellen van doelen en het bedenken en uitvoeren van maatregelen. De leerkracht kan daarbij gebruik maken van de ondersteuning door de intern begeleider. De procedure wordt bewaakt door de directeur. De procedure verloopt samengevat als volgt: De leerkracht verzamelt de gegevens van de groep, er wordt gekeken naar vaardigheidsscores en de historie van de groep. We werken met de CITO niveau’s I tm V. De leerkracht neemt de tijd om de gegevens te bestuderen en er zichzelf vragen over te stellen zoals: ‘Wat zie ik?’, ‘Hoe komt het?’ en ‘Wat vind ik ervan?’ De leerkracht trekt conclusies t.o.v. de vorige toetsperiode over de kwaliteit en het rendement van het onderwijs. Wat was het effect van genomen maatregelen, bv. extra ondersteuning. Zo nodig worden de maatregelen bijgesteld. De leerkracht stelt nieuwe doelen en bedenkt wat er nodig is om de doelen te halen. De leerkracht plant de vervolgactiviteiten, zowel maatregelen in als buiten de klas en zet dit in het groepsplan en bij leerlingen met een eigen leerlijn in het persoonlijke hulpplan, waarin zo concreet mogelijk beschreven wordt wat er gaat gebeuren. De leerkracht deelt de uitkomsten van dit denkproces met collega’s a.d.h.v. een afgesproken format. Dit kan in het team en/of cluster, hierbij is de directeur aanwezig. Er wordt ook een nieuwe evaluatiedatum gepland.