
Schoolweging
De schoolweging van Pirouette is 32,36 , met een spreiding van 6,18 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.
Fundamenteel niveau
Met 94.87% behaalde fundamentele niveaus overtreft Pirouette niet alleen de landelijke norm van 85%, maar ook het gemiddelde van vergelijkbare scholen (94.82%). Dit benadrukt een stevige basiskwaliteit in taal en rekenen, ondanks de uitdagende leerlingenpopulatie.
Grafiek
Grafiek laden...
Streefniveau
57.05% van de leerlingen behaalt het streefniveau, ruim boven de door de inspectie gehanteerde signaleringswaarde van 41.2% voor deze school. Dit duidt op effectieve differentiatie, gezien de complexe leerlingenpopulatie (schoolweging 32.36). De score ligt 3.6% hoger dan bij vergelijkbare scholen (53.43%).
Grafiek
Grafiek laden...
Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?
De adviezen voor vervolgonderwijs (gebaseerd op regionale vergelijkingsdata) tonen een tweeledig beeld: 28.54% vmbo-(g)t/havo-niveaus tegenover 34.61% havo/vwo-adviezen. Opvallend is het relatief hoge percentage praktijkonderwijsadviezen (1.01% vs 0.12% landelijk). De school biedt hiermee maatwerk maar houdt een sterke focus op doorstroom naar theoretische leerwegen.
Grafiek
Grafiek laden...
Eindtoets Resultaten
Grafiek
Grafiek laden...
Toetsscores 2023-2024
Toets | Pirouette | Gemeente Amsterdam | Nederland |
---|
Groep 8 Toetsen 2023-2024
Hoe gebruikt deze school tussentijdse toetsen?
Groepen 1-2: De leerlingen worden geobserveerd door de leerkracht waarna de resultaten worden verwerkt in mijn kleutergroep. N.a.v. deze resultaten wordt het onderwijsaanbod daar waar nodig bijgesteld en/of aangepast. De groepen 3 t/m 8: De methode gebonden toetsen worden gebruikt om te evalueren of de (tussen)doelen behaald zijn. Tevens wordt met de toetsing bekeken of de interventies voldoende hebben bijgedragen aan het behalen van de gestelde doelen. Het onderwijsaanbod wordt daar waar nodig bijgesteld, rekening houdend met de (specifieke) onderwijsbehoefte van de leerling. Voor de tussen- en eindmeting wordt in Leerling in beeld afgenomen. De resultaten van de (methode en niet-methode) toetsen worden geanalyseerd, de ingezette interventies worden geëvalueerd. Op basis van deze conclusies wordt het onderwijsaanbod gepland en waar nodig nieuwe interventies opgesteld en/of een plan van aanpak gemaakt. Voor alle groepen: Twee keer per jaar presenteert de IB-er de opbrengsten op schoolniveau. Vervolgens presenteren de leerkrachten de resultaten op groepsniveau aan het team. Doel: welke interventies zijn wel/ niet effectief gebleken? We proberen de volgende vraag te beantwoorden: wat heeft deze groep nodig om zich zo optimaal mogelijk verder te ontwikkelen? Tevens vindt er een groeps- en leerlingbespreking plaats. De leerkracht kan dan zijn/ haar ondersteuningsvragen bespreken. Overgaan / doubleren en protocol herfstkinderen Normaal gesproken doorloopt een kind alle groepen in acht schooljaren. Voor sommige kinderen is deze periode korter of langer. Leerlingen, die op 1 januari of daarna vier jaar worden, worden als ‘instromers’ gerekend en komen in het nieuwe cursusjaar in groep 1. Op onze school komt het voor dat kinderen, die na 1 oktober 4 jaar worden lang ‘kleuteren’. Als de ontwikkeling van het kind aanleiding is het kind mogelijk nog niet naar groep 3 te laten doorstromen, of eerder dan op het gebruikelijke moment, worden ouders van deze mogelijkheid al gedurende het schooljaar op de hoogte gebracht. Ook zal door de leerkracht, in samenspraak met de intern begeleider extra worden gekeken naar het sociaal emotionele aspect, en naar de cognitieve “rijpheid” van het kind. Het oordeel van de leerkracht, die de leerling goed volgt met een observatielijst en leerlingvolgsysteem is van doorslaggevend belang. Wanneer wij leerlingen een verlengde kleuterperiode of een vervroegde overstap naar groep 3 geven, gebeurt dit op basis van argumenten. De procedure staat beschreven in het doublureprotocol dat op school is in te zien. Deze werkwijze hanteren wij feitelijk bij alle groepen, dus ook vanaf groep 3, waarbij wij uitgaan van gedocumenteerde kennis over het effect van doubleren. Doubleren is geen reguliere interventie en zullen we zoveel mogelijk proberen te vermijden. Voor meer informatie verwijzen we naar het onderaan de pagina geuploade document. Jaarlijks neemt de school een overgangsbeslissing en betrekt hierbij de ouders steeds tijdig, zeker indien een doublure of snellere doorstroming wordt overwogen. De uiteindelijke beslissing een leerling wel of niet te laten doubleren, wordt altijd door de school genomen. Bij een onverhoopt verschil van inzicht
Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?
Grafiek
Grafiek laden...
Slechts 3.12% van de leerlingen presteert onder advies (vs 11.81% landelijk), terwijl 28.12% boven het advies uitkomt. Dit illustreert een voorzichtige advisering. De combinatie van intensieve monitoring (zoals beschreven in het schoolondersteuningsprofiel) en soepele doorstroommogelijkheden lijkt hier succesvol.
Sociale ontwikkeling
Op de Pirouette hechten we veel belang aan de (sociale) gemeenschap en de school als oefenplaats om jezelf te mogen ontwikkelen. In iedere groep wordt er gewerkt volgens een aantal basisregels. Deze worden aan het begin van het schooljaar opgesteld met de groep. We werken volgens de Gouden Weken. Wij gebruiken de methode Kwink voor het sociaal emotionele aspect. Verder werken we met groepsdynamische interventies van uit Oké op School Sterk in de Klas. Dit is een methodiek om preventief bezig te zijn met de sociale emotionele ontwikkeling. Met deze inzet wordt er gewerkt aan onderstaande doelen: het bevorderen van vertrouwen en veiligheid in de klas. het versterken van de sociale vaardigheden bij leerlingen. beheersing van verschillende oplossingsstrategieën bij pesten en andere conflicten. bewustwording van de eigenheid bij leerlingen. leren om verantwoordelijkheid te nemen. het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie. het bevorderen van ouderbetrokkenheid. De sociaal emotionele ontwikkeling, komt aan bod naast de cognitieve ontwikkeling, tijdens gesprekken met ouders over de voortgang van hun kind. Wij vinden dat sociaal emotioneel in balans zijn hand in hand gaat met maximaal cognitief presteren. LEES MINDER
Veiligheid
Vertrouwen
Verbinding
Wat is de werkwijze van Pirouette voor sociale ontwikkeling?
Aan het begin van het schooljaar werkt Pirouette met de Gouden Weken. Er worden per groep positief geformuleerde afspraken gemaakt en na iedere vakantie herhaald. Deze afspraken sluiten aan bij de methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling, Kwink. Er zijn drie anti-pestcoördinatoren opgeleid om pesten preventief en curatief aan te pakken. Het anti-pestbeleid wordt jaarlijks tijdens een studiedag besproken. Jaarlijks wordt de veiligheid van kinderen op school bevraagd met behulp van de 'Leerling in Beeld' vragenlijsten.
Welke registratievormen gebruikt Pirouette om sociale opbrengsten in kaart te brengen?
Pirouette gebruikt de 'Leerling in Beeld' vragenlijsten als registratievorm om sociale opbrengsten in kaart te brengen.
Welke methodes voor sociaal-emotioneel leren gebruikt Pirouette?
Pirouette gebruikt de methode KWINK voor sociaal-emotioneel leren.