Schoolweging
De schoolweging van Liereland is 31,86 , met een spreiding van 6,00 . De schoolweging en spreiding zijn in opdracht van de Inspectie van het Onderwijs door het CBS bepaald. Het CBS kijkt hierbij naar de thuissituatie van de leerlingen en drukt dit uit in een score. Hoe hoger de schoolweging, hoe complexer de leerlingenpopulatie en hoe lager de verwachte leerresultaten. Hoe hoger de spreiding, hoe groter de verschillen tussen de uitgangsposities van leerlingen. De inspectie rondt de scores lager dan 20 af naar 20 en de scores hoger dan 40 naar 40. De gemiddelde schoolweging voor alle scholen in Nederland is 29,77.
Fundamenteel niveau
Met 91,89% van de leerlingen dat het fundamenteel niveau haalt, overtreft de school de landelijke norm van 85%. Dit is echter 2,93%-punt lager dan bij vergelijkbare scholen (94,82%), wat wijst op uitdagingen in basisvaardigheden bij een deel van de populatie.
Grafiek
Grafiek laden...
Streefniveau
46,85% van de leerlingen behaalt het streefniveau, wat ruim boven de door de inspectie vastgestelde signaleringswaarde van 41,2% ligt. Toch scoort de school 6,6%-punt lager dan vergelijkbare scholen (53,43%), mogelijk gerelateerd aan de complexere leerlingenpopulatie.
Grafiek
Grafiek laden...
Welk schooladvies kregen de leerlingen van deze school?
De school adviseert relatief vaak vmbo-(g)t (16,67%) en vmbo-(g)t/havo (16,67%), vergelijkbaar met regionale trends. Opvallend is het lagere percentage vwo-adviezen (8,33% vs. 18,61% landelijk). De combinatie van praktijkgerichte en theoretische adviezen past bij een diverse leerlingenpopulatie.
Grafiek
Grafiek laden...
Eindtoets Resultaten
Grafiek
Grafiek laden...
Toetsscores 2023-2024
| Toets | Liereland | Gemeente Amsterdam | Nederland |
|---|
Groep 8 Toetsen 2023-2024
Zitten de oud-leerlingen van deze school in het voortgezet onderwijs boven, op of onder hun schooladvies?
Grafiek
Grafiek laden...
74,07% van de leerlingen presteert op adviesniveau, significant hoger dan het landelijk gemiddelde (62,93%). Slechts 11,11% zit onder advies, wat het zorgvuldige adviesproces onderstreept. De school scoort hiermee beter dan vergelijkbare scholen in de regio.
Sociale ontwikkeling
Het schoolklimaat is er een van openheid en toegankelijkheid. Dat geldt voor alle geledingen waarmee wij te maken hebben. Dit schoolklimaat wordt actief geborgd door het Vreedzame School idee. De Vreedzame School wil kinderen opvoeden tot verantwoordelijke en actieve leden van de gemeenschap. Daartoe beschouwen we de klas en de school als oefenplaats. Kinderen leren dat zij deel uitmaken van de gemeenschap die de klas en school vormt en leren daar een bijdrage aan te leveren. Ze leren oog en oor te hebben voor anderen, zich verantwoordelijk te voelen voor het algemeen belang: initiatiefrijk, zorgzaam en betrokken. Een concreet werkend voorbeeld is onze leerlingenraad. Ons pedagogische schoolklimaat is gebaseerd op de Daltonuitgangspunten: zelfstandigheid, samenwerking en medeverantwoordelijkheid. Wij nemen twee keer per jaar in alle groepen de SCOL (sociale competentie observatie lijst) afgenomen. Dit is een meetinstrument om het welbevinden van de leerlingen te meten. In de groepen 6, 7 en 8 vullen de leerlingen de SCOL zelf ook in. LEES MINDER
Vreedzame Daltonschool
Respect voor iedereen
Veilig voor iedereen
Wat is de werkwijze van Openbare Basisschool Liereland voor sociale ontwikkeling?
Openbare Basisschool Liereland is een daltonschool. Het daltononderwijs werkt vanuit de grondbeginselen vrijheid/verantwoordelijkheid, zelfstandigheid, samenwerking, reflectie en doelbewustheid/effectiviteit. Binnen veilige grenzen krijgen kinderen de ruimte om zelfstandig of samen aan een taak te werken. De begrenzing van de vrijheid is essentieel om verantwoordelijkheid te leren dragen. De taak verplicht de leerling tot werken, maar laat hem/haar vrij in de aanpak en verwerking.
Welke registratievorm(en) gebruikt Openbare Basisschool Liereland om sociale opbrengsten in kaart te brengen?
De school gebruikt de Sociale Competentie Observatielijst (SCOL), Kwaliteit Vragen Lijst en BOSOS in groepen 1/2 om sociale opbrengsten in kaart te brengen.